Zolang het beheerplan nog niet is vastgesteld, mogen bestaande activiteiten gewoon doorgaan. Tenzij uit de Nadere Effectenanalyse (NEA) blijkt dat een activiteit ‘significant schadelijk’ is, wat betekent dat het de natuurdoelen in gevaar brengt. In dat geval moet een partij contact opnemen met het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit om te beoordelen of een vergunning volgens de Wet natuurbescherming nodig is. Hetzelfde geldt voor gebruikers die iets nieuws gaan doen in het gebied, of hun activiteiten willen uitbreiden. Is van een activiteit met zekerheid te stellen dat deze geen invloed heeft op de soorten en habitats waarvoor het gebied is aangewezen? Dan is geen vergunning in het kader van de Wet natuurbescherming nodig.